img 1849 1Vrijdagochtend, 8 uur ’s morgens, hoor ik mijn telefoon pingen. Een appje. Ben benieuwd wie dat is. Ik hoef natuurlijk niet meteen te reageren. Dat doe ik ook niet altijd (sorry). In dit geval is het onze Benjamin. De dag ervoor heb ik hem bij zijn vriendje gebracht om te gaan logeren. Zou hij heimwee hebben? Vast niet. Daar is hij het type niet voor.

Het appje vertelt dat hij last heeft van hooikoorts en dat zijn pilletjes op zijn. Hij had ze wel meegenomen, want de dagen ervoor had hij al een pijnlijk oog en af en toe een loopneus. Het doosje bleek echter leeg te zijn (handig en ook echt iets voor hem, onze verstrooide professor). Natuurlijk had ik kunnen zeggen/appen: “Weet je, dat is dan jouw probleem. Ik mocht amper vragen of je alles had ingepakt, laat staan je tas checken. Ik had nog tandpasta gehaald en je oude schoenen heb ik je nog meegegeven, maar verder had je alles zelf gepakt. Dus: wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten.” Dat heb ik niet gedaan (ahum).

Dit ging om zijn gezondheid en daardoor was ik milder gestemd, hoewel ik het natuurlijk ontzettend dom vond dat hij het doosje niet had gecheckt. Ook vond ik van mezelf dat ik wat al te gemakzuchtig was geweest door zijn tas niet na te kijken. Dit schuldgevoel bracht me ertoe om toch na te denken over een oplossing. Wat ik nu achteraf wel een beetje oenig van mezelf vind, is het feit dat ik heb nagedacht over een oplossing, maar hij niet (ons prinsje). Dus dat doe ik voortaan anders. Weer wat geleerd.

Eerst heb ik overwogen om zelf heen en weer te rijden naar het adres van het vriendje, maar dan zou ik een uur onderweg zijn. Dat vond ik zonde van de tijd en ook vond het ook wel een beetje een afgang. Dus ik moest iets anders bedenken om die pillen bij hem te krijgen. Toen heb ik onze eigen apotheek gebeld en gevraagd tot welke plaats de bezorgservice beschikbaar was. Dat bleek alleen ons eigen dorp te zijn en een naburige plaats. Dat werd hem niet.

Maar hoe moest ik het dan oplossen? Want ik was inmiddels vastbesloten dat het geregeld moest worden. Koortsachtig ging ik op zoek. Toen viel me een helder idee in (gelukkig dat mijn hersenen ook hun best deden). Ik kon de apotheek opzoeken, die zich het dichtst bij het huisadres van het vriendje bevond. Dat deed ik via Google Maps (I love internet) en heb hen gebeld voor de medicijnen. Ik bleek een recept van onze eigen huisarts nodig te hebben. En jawel hoor, nadat ik deze laatste had gebeld en de assistente had gesproken, begrepen ze mijn probleem (pak van mijn hart) en waren ze bereid het recept naar die andere apotheek te faxen en onze Benjamin kon het daar ophalen.

Ik heb onze vergeetachtige jongste geappt en hem op het hart gedrukt dat hij voor half 1 bij de apotheek moest zijn, omdat deze op die tijd sloot. En dat hij me op de hoogte moest houden, zodra hij het medicijn had opgehaald. Uiteindelijk kreeg ik rond half 2 pas een appje dat het was gelukt. Ze waren er om tien voor half 1 gearriveerd (de jeugd van tegenwoordig heeft geen haast). Ik was ook weer blij (na ongeveer 6 uur stress).

Van dit akkefietje heb ik wel geleerd (en ik hoop dat hij er ook wat van heeft opgestoken) dat ik hem voortaan zelf laat meedenken en –werken aan een oplossing. Verder zou ik vroeger gewoon een middagje stad hebben gepland en de pilletjes zelf hebben gebracht en mezelf als beloning een leuk shirt cadeau doen. Daar heb ik nu eigenlijk niet eens behoefte aan (goed hè?).