Het liep (zoals dit vaak het geval is) anders dan ik verwachtte. Ik trok de stoute schoenen (mijn rode Allstars dus) aan en vroeg om een gesprek wat de directeur nadat ons team compleet was, meteen wilde aanvangen. Omdat ik graag nog een collega bij deze meeting wilde betrekken (zij was buiten de deur), probeerde ik dit nog wat te op te schuiven. Helaas had hij alleen op dat moment tijd en heb ik toegestemd (wat moet je anders). Ik liet me niet uit het veld slaan (natuurlijk niet) en was vastbesloten er het beste van te maken. Ik heb braaf geluisterd wat zijn plannen waren en wat hij wilde dat er gebeurde. De collega die hetzelfde werk doet als ik, maar dan voor andere klanten, gaf aan dat de tijd ontbrak om het werk goed uit te voeren. Ze werkt hier ook nog maar pas en had al een enigszins fatalistische houding. Dat wil ik voorkomen. Helaas is nog niet genoeg mankracht beschikbaar en zo goed en zo kwaad als het gaat, zullen wij ons moeten redden. Het is niet anders (oeps, klinkt al een beetje gelaten).
Toen deze afspraak afgelopen was, bleef ik nog even met hem achter en dapper introduceerde ik mijn plannen: een algemene mailbox, een collega van een andere afdeling erbij, zorgen dat er goed zou worden geboekt, etc. Het voelde wel als lopen op het water. Ik ben er nog maar kort en nu al praatjes. Hij luisterde geïnteresseerd naar mijn relaas (dat siert hem). En wat ook fijn was dat ik niet koppie-onder ging. Mijn jarenlange ervaring (en mijn schietgebedje) zorgde(n) ervoor dat ik droog bleef. Die mailbox was er, maar werd niet gebruikt. Hij zou het nakijken. Die collega kon hij niet missen op de afdeling waar ze nu zit, dus de hoge werkdruk blijft. Zorgen dat er goed wordt geboekt, lukt alleen als iedereen het op dezelfde, juiste manier doet en zolang er geen tijd is om dit op te zetten, wordt het lastig om dit te waarborgen. Gelukkig ben ik niet voor één gat te vangen (met mijn God kan ik alles!) en maak ik hiervan mijn prioriteit. Toen ik mijn plannen later op de afdeling opperde, vond mijn collegaatje het onzin dat er een algemene mailbox zou komen. Dat werkte toch niet (weet zij veel). Ik denk van wel en ben echt van plan dit door te drukken,
Ik had teleurgesteld kunnen zijn om haar reactie, maar dat helpt toch niet (of wel?). Daarom besloot ik (na wat slikken en zuchten) er het beste van te maken en actief heb ik me bemoeid met mijn collega’s. Ik heb me lekker tegen allerlei dingen aan bemoeid en gekeken hoe de processen werken (heel belangrijk als je orde op zaken wilt stellen). Ik werd nog gebeld door een klant om een betaling te doen. Dat was koren op mijn molen. Dan ga ik even back to basics, even iets doen wat ik goed kan, even op bekend terrein verkeren. Dat was fijn. Wat ook prettig is, dat mijn collegaatje ons attendeerde op een webinar van het inboekprogramma waar we mee werken. Dat gaan we dus vrijdagmiddag doen. Lijkt me leuk. Dan word ik weer een stukje wijzer (en ik ben al zo bijdehand).
Wat nog een lichtpuntje van mijn dag was (niet dat het een zwarte dag was, helemaal niet). Het feit dat ik een collega vertelde over mijn challenge en dat ik toch wel ernstig een witte broek ontbeer. Ik heb er wel één, maar die zit vol vlekken. Ze bood meteen één van haar broeken aan (zo lief, ik hield het nog net droog!). Ze heeft er meer dan genoeg en kan er best eentje missen. . Ik vertelde haar dat ik geen kleding mag aannemen, maar alleen mag ruilen. Nu nog even kijken wat ik als ruilmateriaal kan geven aan haar. En ook hopen dat de broek me past. Zij draagt maatje 38 en eigenlijk draag ik meestal 40.
Geef een reactie